Uw gemeente heft onroerendezaakbelasting (OZB) op basis van de WOZ-waarde van uw woning. Naast de WOZ-waarde is het tarief belangrijk bij het bepalen van het te betalen bedrag aan OZB. Het tarief wordt jaarlijks vastgesteld door de gemeenteraad.
Op deze pagina vindt u een uitleg over hoe gemeenten belasting heffen op basis van de WOZ-waarde.
WOZ-waarde voor gemeentelijke belastingen
Gemeenten gebruiken de WOZ-waarde als grondslag voor verschillende belastingen. De WOZ-waarde wordt gebruikt voor de onroerendezaakbelasting (OZB) en soms ook als grondslag voor riool- of afvalstoffenheffing.
De gemeente heeft drie tarieven voor de OZB
Formeel spreekt de wet over drie afzonderlijk OZB's met ieder een eigen tarief. Elk jaar stelt de gemeenteraad het tarief voor elk van deze OZB's vast. Dit tarief wordt vermenigvuldigd met de WOZ-waarde van uw woning (of een niet-woning object) om te bepalen hoeveel OZB u moet betalen. Er worden jaarlijks drie tarieven vastgesteld door de gemeenteraad:
tarief voor de eigenaren van woningen
tarief voor de eigenaren van niet-woningen
tarief voor de gebruikers van niet-woningen
Gebruikers van woningen (huurders) betalen geen OZB. Als u bijvoorbeeld eigenaar bent van een winkel en deze zelf gebruikt, betaalt u zowel de OZB voor eigenaren als de OZB voor gebruikers.
Doordat het tarief jaarlijks wordt vastgesteld door de gemeenteraad, kan het tarief rekening houden met veranderingen in de WOZ-waarden. Als de WOZ-waarden (sterk) stijgen, kan het tarief verlaagd worden, zodat het te betalen bedrag niet ook hoeft te stijgen. Uiteindelijk wordt het tarief bepaald door het totale bedrag dat de gemeenteraad in de gemeentebegroting heeft vastgesteld als inkomsten uit de OZB.
Stel uw woning heeft een WOZ-waarde van €370.000 en het door de gemeenteraad vastgestelde tarief voor woningen is 0,080%. Dan betaalt u €370.000 * 0,080/ 100 = €296 aan onroerendezaakbelasting voor dat jaar.
Meestal kunt u de OZB in termijnen betalen. Meestal betaalt u met automatische maandelijkse incasso. Het maandelijkse bedrag betreft daarmee meestal niet alleen de OZB, maar ook andere gemeentelijke belastingen en heffingen, zoals de afvalstoffenheffing (voor ophalen en verwerken huishoudelijke afval) en de rioolbelasting (voor het instandhouden van het rioleringsstelsel).